Zoeken in deze blog

woensdag 30 augustus 2017

Spaanse tortilla

Een Spaanse tortilla heb ik leren maken door de Catalaanse dirigente van mijn koor. Het is verbazingwekkend wat voor lekkers je kunt maken met maar drie eenvoudige ingredienten: ei, ui en aardappelen. Het geheim? De tijd nemen, niet te weinig zout en olijfolie, en... een goede anti-aanbakpan.

een halve kilo aardappelen
een grote ui
vijf eieren

1. Schil de aardappelen en snij ze in dunne plakken. Pel de ui en snij in halve ringen.
2. Verwarm een flinke scheut olijfolie in een anti-aanpak koekenpan met een diameter van ongeveer 26 cm. Doe de uien en aardappelen in de pan en bestrooi met flink wat zout. Bak onge
veer 15-20 minuten tot de aardappelen gaar zijn. 
3. Klop de eieren in een kom los met wat zout, en voeg het 
aardappel-ui mengsel toe. Dus niet andersom!
4. Verhit de pan opnieuw en giet het ei-mengsel erin. Bak de tortilla op niet te hoog vuur gaar.
5. Laat de tortilla op een deksel glijden en vervolgens omgekeerd terug in de pan. Draai het vuur nu uit en laat nog even nagaren.

zaterdag 5 augustus 2017

Ratatouille

Of het nu ratatouille heet, zoals in Frankrijk of caponata, pipperada of briam (zoals in ItaliĆ«, Spanje en Griekenland), de drie-eenheid aubergine, courgette en paprika levert een zonnige stoofpot op van in olijfolie gegaarde zomergroente met een heerlijk stoofvocht. Je moet dat vocht beslist niet laten staan: sleur er een lekker stuk brood doorheen en je waant je in de zon. 

Naast de drie-eenheid kun je allerlei andere groenten toevoegen: patison, wortel of aardappel bijvoorbeeld. Ratatouille betekent niet voor niets ratjetoe! Je kunt de stoofpot voedzamer maken door bijvoorbeeld witte bonen of kikkererwten toe te voegen. Of door het met rijst te serveren. 

Ik hou van een beetje pit in de ratatouille, vandaar dat ik pul biber of andere chilivlokken of -poeder toevoeg. De rode wijnazijn zorgt voor de finishing touch, je kunt het vervangen door citroensap. De ratatouille is het lekkerste warm of op kamertemperatuur, laat de ratatouille na het stoven dus een paar minuten afkoelen. 

twee uien
vier teentjes knoflook
twee aubergines
twee courgettes
twee rode paprika's
zes tot acht grote rijpe tomaten
twee eetlepels rode wijnazijn
een snufje chilipoeder of -vlokken
eventueel een paar takjes tijm
eventueel een paar takjes peterselie en/of bascilicum

Begin met de uien in stukjes te snijden: bijvoorbeeld kwart-ringen. Verhit een flinke scheut olijfolie in stoofpan met een zware bodem. Als de olijfolie heet is, maar nog niet dampt, voeg je de uien toe en laat je die zachtjes bakken.

Plet intussen de knoflook met de platte kant van een mes, en snij het fijn. De aubergines, courgettes en paprika's snij je in stukken van ongeveer gelijke grootte. Voeg de knoflook en groentes toe aan de uien. Laat de groente zachtjes bakken, en roer af en toe. Als het goed is, verliezen de groentes al snel wat van hun vocht.

Snij intussen de tomaten in stukjes en voeg die na ongeveer tien minuten toe aan de stoofpot, samen met wat zout, chilipoeder of -vlokken en de blaadjes van de takjes tijm. Schep af en toe om. Na ongeveer een kwartier of iets langer vormen het sap van de tomaten en het vocht van de groentes een saus. Als het gerecht te droog is naar jouw smaak, voeg je een paar lepels water toe.

Proef en maak de ratatouille op smaak met de wijnazijn, en eventueel nog wat zout en peper. Was en snij de kruiden fijn, en strooi over het gerecht.


Waterkerssoep

Waterkers is een heerlijke kiemgroente met een pittige, peperige smaak en indrukwekkende anti-kanker eigenschappen. Reden genoeg om deze groente regelmatig te eten, bijvoorbeeld op brood, in salade, stamppot of als soep. Waterkerssoep kun je in allerlei variaties maken. De basis voor deze variant is potage Parmentier, een eenvoudige prei-aardappelsoep, en die bevalt mij goed. Zonder room smaakt deze soep al zacht, met een scheutje room wordt het fluweel. In de supermarkt is waterkers in zakjes te koop, ik zou dan 2 zakjes gebruiken. In de natuurwinkel of op de boerenmarkt is de groente ook onverpakt, in bosjes verkrijgbaar, neem dan een grote bos, of twee kleintjes.

een halve kilo kruimige aardappelen
een halve kilo prei (het witte en lichtgroene deel, niet de donkergroene uiteinden)
een flinke bos waterkers
eventueel een paar takjes peterselie
eventueel een flinke lepel creme fraiche, of een flinke scheut slagroom

Schil de aardappelen en snijd ze in stukjes. Snij de preien in ringen (gebruik de donkere delen bijvoorbeeld om bouillon te maken). Doe de aardappelen en preien in een soeppan, giet er 2 liter water op en ongeveer een theelepel zeezout. Breng aan de kook, en laat ongeveer 20 minuten pruttelen.

Was ondertussen de waterkers (en eventueel de peterselie). Als de waterkers dikke stelen heeft, snij deze dan fijn en kook deze dan alvast mee met de soep . Bewaar een paar mooie waterkersblaadjes voor de garnering.

Als de aardappelen en prei gaar en zacht zijn, doe je de waterkers en peterselie erbij en laat je de soep 1 minuut doorkoken. Zet het vuur uit, pureer de soep dan met een staafmixer helemaal glad. Proef en breng op smaak met peper en eventueel wat meer zout. Roer de creme fraiche of slagroom door de soep (als je deze gebruikt). Schep de soep in kommetjes, en garneer met een paar blaadjes waterkers.